Het mooie en traditionele van het drinken van matcha is dat het niet alleen gaat om het drinken van thee, maar ook om even een momentje voor jezelf.
Verwarm eerst je water. Idealiter is het net onder het kookpunt – rond de 75 °C. Als het te heet is, loop je het risico dat het delicate poeder verbrandt, wat een bittere smaak achterlaat.
Zeef je matcha in een warme kom om klontjes te breken en giet er een klein beetje water bij. Hier gebeurt de magie: pak je chasen, de bamboe garde. Klop snel met een "W" of "M" beweging – niet in cirkels – tot je een laagje microschuim ziet. Het zou eruit moeten zien als een zachtgroene wolk bovenop.
Het resultaat? Een zachte, schuimige matcha die net zo bewust smaakt als het proces zelf. Het gaat niet om perfectie – het gaat om aanwezigheid.